– Marc Kruyswijk 22 juni 2022, in Het Parool
De helft van alle woningzoekenden in Nederland wil in Amsterdam wonen. Om aan de vraag te voldoen, komt de stad ruim 175.000 woningen tekort. Hoe kan dit probleem worden aangepakt?
Wat is er aan de hand?
Uit een analyse door de Atlas voor Gemeenten bleek woensdag dat Amsterdam veel bouwambities heeft, maar dat het aan concrete plannen ontbreekt. Er is jarenlang structureel te weinig gebouwd, waardoor de krapte op de huizenmarkt hand over hand is toegenomen. Tegelijkertijd fungeert Amsterdam als een magneet: omdat de stad een aantrekkelijk woonklimaat heeft en er veel banen zijn in Amsterdam, trekken veel mensen naar de stad toe.
Wat is het probleem met Amsterdam?
De stad grossiert in ‘zachte’ plannen. Amsterdam spreekt uit veel te willen bouwen, maar de ambities worden niet geschraagd door concrete acties. Plannen zijn pas hard als ze in bestemmingsplannen staan. Volgens Olaf Cornielje, lid van het directieteam Woningbouw van het ministerie van Binnenlandse Zaken, is bouwen een zaak van een lange adem. “Tussen het eerste idee en realisatie zit vaak wel tien jaar. Acht jaar daarvan gaan op aan procedures en vergunningstrajecten.”
In het Amsterdamse coalitieakkoord staat dat de stad ieder jaar 7500 woningen wil bouwen. Zet dat dan wel zoden aan de dijk?
Het helpt, maar zelfs dat gaat duidelijk niet hard genoeg. Die 7500 zijn nieuwe woningen, maar tegelijkertijd verdwijnen er ook huizen, bijvoorbeeld door sloop. Toch: de trend van steeds maar dalende woningbouwcijfers lijkt gekeerd: vorig jaar werden er in Amsterdam 7410 nieuwe woningen in aanbouw genomen, hoofdzakelijk in het middenhuursegment waar de schaarste het grootst is.
Ligt de stad op haar eigen schema?
In de eerste drie maanden van dit jaar zijn in Amsterdam 1262 permanente zelfstandige woningen in aanbouw genomen. Het betreft zowel sociale huur-, als dure huur- en koopwoningen. De bouw van middeldure huurwoningen blijft wat achter, blijkt uit de meest recente rapportage over het Woningbouwplan 2018-2025. Volgens het college zijn er voor dit jaar voldoende vergevorderde plannen om ook in 2022 in de buurt van de voorgenomen 7500 woningen te komen.
Zijn de vergunningen daarvoor helemaal rond?
Voor de meeste projecten is een omgevingsvergunning verleend of aangevraagd. Wel zijn er toenemende zorgen over aanbestedingen, schreef vakblad Nul20 onlangs: de bouwkosten stijgen sterk. Aannemers proberen het prijsrisico bij ontwikkelaars neer te leggen. Het is daardoor voor ontwikkelaars lastig om aanbestedingen tijdig en succesvol af te ronden.
Wat zijn de gevolgen daarvan?
Er zijn nog geen woningbouwprojecten stilgelegd of gestopt. Maar op grond van signalen van marktpartijen en corporaties is het volgens Nul20 de verwachting dat meerdere projecten die in de aanbestedingsfase zitten, in de knel zullen komen. Hoeveel is volgens het college nog niet te zeggen. De gemeente is met marktpartijen in gesprek of er mogelijk extra maatregelen moeten komen.
De stad is volgebouwd, toch?
Dat mag zo lijken, er is nog wel ruimte voor de bouw van huizen. Eind vorig jaar becijferde architectencombinatie KAW dat Groot-Amsterdam nog plek voor 35.000 nieuwbouwwoningen heeft. Volgens KAW moet je de ruimte vooral wíllen zien: in naoorlogse wijken en op de plek van levenloze wijkwinkelcentra, zieltogende zorggebouwen of overbodige tankstations. Ook gaat de stad op steeds meer plekken de lucht in: er worden steeds meer hoge woontorens gebouwd.
Zijn er andere oplossingen?
De bestaande woningvoorraad zou ook veranderd moeten worden, zei Henriette Rombouts, directeur Wonen van de gemeente dinsdag tijdens een symposium. Volgens directeur Grondzaken van de gemeente Carolien Schippers is er sprake van een ‘mismatch’ op de woningmarkt. “We hebben veel scheefwoners in de stad. Dat bedoel ik niet op een negatieve manier. Maar daar moeten oplossingen voor worden bedacht, want bestaande ruimte kan beter worden benut.”
Is kleiner wonen een oplossing?
Dat zou kunnen helpen, zegt Jornt Mandemakers van Atlas. “We zien in Nederland al jaren dat huishoudens kleiner worden.” Het CBS becijferde enkele jaren geleden dat de Amsterdammer per persoon gemiddeld 49 vierkante meter woonruimte tot zijn beschikking heeft. Dat is al het kleinste woonoppervlakte van heel Nederland. Buiten de stad ligt dit gemiddelde op 65 vierkante meter. Inwoners van grote steden over de hele wereld wonen klein. Amsterdammers wonen nog steeds veel groter dan op veel andere plekken. In Londen is het gemiddelde woonoppervlak per persoon 35 vierkante meter, in Hong Kong zelfs maar vijf vierkante meter.
Kan er niet gewoon sneller worden gebouwd?
Dat kan, daar zet woonminister Hugo de Jonge ook deels op in. Met jaarlijks 15.000 nieuwe noodwoningen wil het kabinet de meest acute problemen op de woningmarkt oplossen. Het gaat daarbij om tijdelijke prefabwoningen voor bijvoorbeeld studenten, daklozen of andere mensen die met spoed een huis nodig hebben. Met die tijdelijke woningen moet volgens De Jonge de eerste nood worden gelenigd tot er voldoende ‘echte’ huizen zijn, zei hij in maart. Volgens Anne-Jo Visser, directeur van de Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties, heeft Ymere onlangs woningen opgeleverd die binnen negen maanden waren gebouwd. “Allerlei vergunningsprocedures zijn versneld. We hebben nú woningnood, er moet haast worden gemaakt.”