Skip to content

Woonakkoord gesloten voor bouw van 1 miljoen huizen

De 25 grootste branche- en belangenverenigingen in de woningbouw hebben gisteren een akkoord gesloten waarin staat dat tot 2030 maar liefst 1 miljoen huizen moeten worden gebouwd. De afspraken die ze daarover samen maken zijn ook een oproep aan de politiek om de juiste voorwaarden te creëren en met extra geld over de brug te komen.

,,De komende jaren opschalen naar 100.000 woningen per jaar vraagt een gigantische investering van bouwbedrijven”, zegt Piet Adema van branchevereniging WoningBouwersNL. ,,Dat kan alleen als er veel locaties bijkomen. Als gemeenten achterblijven in aanwijzen van grond, moet het kabinet ze kunnen dwingen.”
De partijen vinden dat er snel meer gedaan moet worden aan het woningtekort dat de laatste
jaren in Nederland is ontstaan. De 75.000 huizen die nu volgens afspraak met het kabinet
worden gebouwd zijn onvoldoende om het tekort van meer dan 300.000 huizen in te lopen.
In prognoses is volgens de verenigingen onvoldoende rekening gehouden met de effecten
van een groeiende bevolking, kleiner wordende huishoudens, langer zelfstandig wonende
ouderen en immigratie.

Twee keer zoveel sociale huur
De inzet is om vooral voor middeninkomens de bouw op te schroeven, zo staat in het woonakkoord met de naam ‘Actieagenda Wonen’. Een kwart van de huizen zou van woningcorporaties moeten komen (sociale huur), die hun productie daarvoor bijna moeten verdubbelen. Koepelorganisatie Aedes laat weten dat afschaffing van de verhuurdersheffing (bijna 2 miljard euro per jaar) daarvoor nodig is.
30 procent van de woningen moet worden gebouwd onder de NHG-grens (nu 325.000 euro). Nog eens 10.000 huizen moeten voor onder de 260.000 euro worden aangeboden. Ter vergelijking: de gemiddelde nieuwbouwprijzen liggen nu boven de vier ton.
,,Er zijn meer betaalbare woningen nodig voor alle generaties, maar vooral voor starters. Die markt komt niet van de grond”, zegt Karsten Klein van Vereniging Eigen Huis. ,,Het is heel belangrijk dat zo’n grote coalitie een overeenkomst heeft bereikt, maar we hebben 2 miljard euro extra nodig per jaar om deze aantallen te halen. Geld van het Rijk dat naar infrastructuur en voorzieningen gaat, kan de grondprijzen naar beneden brengen zodat huizen betaalbaarder worden.”

Industrialisatie
Woningen kunnen sneller, goedkoper en duurzamer geproduceerd worden door meer standaardisatie en industrialisatie, zo hinten de 25 verenigingen. ,,Als we die investeringen moeten doen, vragen we wel van de overheid om meer eenheid in regelgeving te creëren”, zegt Adema. ,,Nu zijn er nog te veel gemeenten die hun eigen aanvullende duurzaamheidseisen op het bouwbesluit aanvullen. Dat kan niet als huizen grotendeels in de fabriek gebouwd moeten worden.”
Dat de woningmarktsector een maand voor de Tweede Kamerverkiezingen met deze uitgebreide agenda komt is uiteraard geen toeval. Het is alvast een wensenlijst die op tafel komt als politieke partijen straks een regering moeten vormen.

Zeven punten uit de Actieagenda Wonen
• Snellere en voorspelbare besluitvorming en procedures: de tijd tussen een eerste initiatief
en de bouw van woningen is nu gemiddeld zeven jaar. Veel te lang. Partijen maken samen
met het Rijk een plan om te bevorderen dat het sneller kan.
• Er komt een minister met een verantwoordelijkheid voor wonen, ruimte en leefomgeving.
Deze minister coördineert de woningbouwopgave en de ruimtelijke ordening. Er worden
in regionale investeringsagenda’s afdwingbare afspraken gemaakt met gemeenten,
provincies, marktpartijen en woningcorporaties over de verdeling van de te bouwen
woningen.
• Splitsen van woningen en hypotheken moet makkelijker worden gemaakt. Dan kan
het bestaande woningaanbod beter worden benut voor betaalbare huur en koop (waaronder
collectieve woonvormen).
• Een structurele rijksbijdrage van 300 miljoen euro aan verbetering van leefbaarheid:
het Volkshuisvestingsfonds. Het leefbaar maken en houden van wijken in steden en dorpen
vergt een lange adem, tijdelijke rijksbetrokkenheid sorteert te weinig effect.
• Beleggers en ontwikkelaars verhuren/verkopen 25 procent van hun nieuwbouwwoningen in
het middensegment, bij voorrang aan starters en huishoudens die doorstromen vanuit de
sociale huursector. Daarnaast verhuren/verkopen ze 25 procent aan andere
voorrangsgroepen, die de gemeente aanwijst.

• Woningcorporaties zetten meer seniorenmakelaars in om (oudere) huurders te begeleiden
naar beter bij hen passende woningen, waaronder koopwoningen, zorgwoningen en
geclusterde woonvormen. Het komt nu vaak voor dat ouderen in een grote gezinswoning
blijven zitten en die zo ‘bezet houden’ voor gezinnen.
• Gemeenten, woningcorporaties en nutsbedrijven intensiveren hun schuldhulpverlenings- en
signaleringsbeleid. Er wordt intensiever samengewerkt om het oplopen van
betalingsachterstanden en huisuitzettingen te voorkomen.

Back To Top